Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Saul nu, en al het volk, dat bij hem was, werd samengeroepen, en zij kwamen ten strijde; en ziet, [37]het zwaard des enen was tegen den anderen, er was een zeer groot gedruis. 37. Hebreeuws, het zwaard des mans tegen zijn naaste; dat is, de Filistijnen sloegen elkander. Zie dergelijk exempel Richt.7;22, en 2 Kron.20:23.